Hieronder vind je een korte impressie van de begraafplaatsen van Tilburg aangevuld met foto’s en tekst die veelal afkomstig zijn van de website van het Regionaal Archief of van de bij de begraafplaats behorende parochies.
De eerste gemeentelijke begraafplaats, de algemene begraafplaats, bevond zich van 1813 tot 1875 aan de Lange Schijfstraat (Noordhoekring). In 1875 verkocht de gemeente Tilburg de grond van deze begraafplaats aan de Hervormde Gemeente, die de plek tot 1930 gebruikte als protestantse begraafplaats.
Begraafplaats Binnenstad – 1811
Begraafplaats binnenstad werd op bevel van de Franse overheid tussen 1811 en 1813 aangelegd, toentertijd buiten de bebouwde kom. Aanvankelijk was het een algemene begraafplaats. In 1832 werd hij grotendeels verkocht aan de parochie ‘t Heike. Tot 1930 was er nog een protestants gedeelte (begraafplaatsen Gilzerbaan). In 1974 kwamen de unieke heiligenbeeldengalerij en de Calvarieberg (uit 1865) op de rijksmonumentenlijst. In 2001 werden 24 grafmonumenten op die lijst geplaatst. Drie van de vier grafkapellen die Tilburg rijk is, staan op deze begraafplaats. Ook Marietje Kessels werd op deze begraafplaats begraven. In 1852 werd een gedeelte van het gebied de Groene Akkers aangekocht ten behoeve van een begraafplaats voor de parochie Korvel. In 1887 vond een uitbreiding plaats.
Begraafplaats Goirke – 1816
In 1816 liet pastoor Matthias Stals op eigen initiatief aan de noordkant van de toenmalige schuurkerk op ’t Goirke een kerkhof aanleggen. Pas in 1829 werd opvolger pastoor Van de Ven meegedeeld dat het kerkhof mocht blijven. Tijdens diens pastoraat kwam de nieuwe kerk gereed en werd de schuurkerk gesloopt. De grond waarop deze stond, werd aan het kerkhof toegevoegd.
In 1882 werd de grond achter de kerk erbij betrokken. Zijn huidige vorm verkreeg het kerkhof in 1892. Rond 1900 verscheen het gietijzeren hekwerk en in 1904 werden hierop de beelden van Johannes de Doper, Sint Jozef en twee apocalyptische engelen geplaatst. Op het kerkhof bevinden zich diverse grafmonumenten, veelal van bekende Tilburgse (textiel)families, zoals De Beer, Franken, Van Roessel, Janssens, Swagemakers en Eras. In tegenstelling tot de overige begraafplaatsen in Tilburg is hier sprake van een kerkhof, omdat het al van oorsprong een ‘hof bij een kerk’ was.
Begraafplaats Laarstraat – 1852
In 1852 werd een gedeelte van het gebied de Groene Akkers aangekocht ten behoeve van een begraafplaats voor de parochie Korvel. In 1887 vond een uitbreiding plaats en in 1888 werden een ijzeren hekwerk en een beukenhaag ter afsluiting geplaatst. In 1934 werd een stuk grond afgestaan ter verbreding van de Laarstraat en in 1948 volgde de laatste uitbreiding.
Meteen na de ingang staat een beeld van Christus als de Goede Herder, het grafteken van de eerste pastoor van Korvel, Henricus van Dooren. Aan het einde van het hoofdpad bevinden zich de graven van de textielfamilie Diepen (Jan Diepen, Rudolf Diepen). Met name de grafkapel van familie Armand Diepen is opvallend. Ook rust op deze dodenakker de amateur-historicus Lambert de Wijs.
Joodse begraafplaats Delmerweg – 1855
In Tilburg is aan de Delmerweg een Joodse begraafplaats gelegen. Er bevinden zich 143 graven.
De eerste Joden vestigden zich halverwegde de 18de eeuw in Tilburg. Voor het begraven van de doden werd aanvankelijk de Joodse begraafplaats van Oisterwijk gebruikt. Pas in 1855 werd de Joodse begraafplaats aan de Delmerweg, nabij de Bredaseweg ingewijd. De begraafplaats wordt sinds 1973 onderhouden door de plaatselijke overheid. De restauratie van het metaheerhuisje op de begraafplaats werd in mei 2005 voltooid.
Onder de Joodse gemeente van Tilburg viel ook het nabijgelegen Hilvarenbeek. Ook hier is een Joodse begraafplaats geweest aan het Alidapad , maar daar zijn nu geen sporen meer van. Recent is de begraafplaats onderzocht op de aanwezigheid van stoffelijke resten die dan elders zouden worden herbegraven. Op het bewuste stuk land is echter niets gevonden. Dat de begraafplaats er wel is geweest, is duidelijk te zien op een kadastrale kaart uit 1832.
Begraafplaats Heikant – 1873
In 1873 kreeg de parochie Heikant een eigen begraafplaats, nu gelegen aan het Schumannpad. In de loop der tijd zijn hier veel graven geruimd. Bij binnenkomst is links een drielaags columbarium te zien. Rechtvooruit staat een beeld van Petrus (Peerke) Donders, identiek aan het beeld dat zich in de voorgevel van het voormalige patronaat aan de Schans bevindt. Achteraan staat een kleine Calvarieberg, waarbij drie graven van pastoors van de Heikant liggen, waaronder dat van ‘Eersten Pastoor dezer parochie’ Leonardus van der Steen (1828-1904). Dit is het oudste graf.
Begraafplaats parochie Heuvel (Sint Josephstraat) – 1873
De begraafplaats van de parochie Heuvel aan de toenmalige Oisterwijksebaan (Sint Josephstraat) werd in 1873 aangelegd. Bekende Tilburgers die hier hun laatste rustplaats vonden zijn burgemeester mr. Jan van de Mortel, wielrenner Jan Pijnenburg, dokter Antoon Taminiau, krantenman Antoine Arts, wethouder Johannes Kerstens, fabrikant en gemeenteraadslid Caspar Houben, kunstenaar Nico Molenkamp, architect en beeldende vormgever André Doevendans en tonproater en wijnkenner Frans Verbunt. Op de dodenakker bevinden zich diverse cultuurhistorisch interessante grafmonumenten, zoals dat van de familie Uppenkamp-De Rooij.
Begraafplaats Lambert de Wijsstraat (Hasselt) – 1898
Met het onttrekken van de Hasseltse kerk aan de eredienst in 1998 hoorde het in 1898 aangelegde kerkhof er in feite niet meer bij. De ingang ligt nu aan de vroegere achterzijde, in de Lambert de Wijsstraat. Officieel heet de dodenakker nu begraafplaats Hasselt, parochie De Bron.
Hier rusten onder meer de eerste pastoor van de parochie Hasselt, Johan de Beer, kosteres en voorbidster van de Hasseltse kapel, Virginie Doorakkers, en verzetsstrijdster Antonetta Wouters. Laatstgenoemde rust met elf anderen onder een gedenkmonument ter ere van de slachtoffers van een Duitse beschieting op 17 januari 1945 (oorlogsmonumenten). Op de begraafplaats staan de beelden van O.L. Vrouw van de Heilige Rozenkrans, Sint Henricus en Sint Dominicus, die ooit de voorgevel van de kerk sierden.
Begraafplaats Lovensestraat – 1901
De parochie Besterd kreeg haar begraafplaats in 1901 aan de Lovensestraat. In 1913 werd de dodenakker uitgebreid voor de nieuwe parochie Sint Antonius van Padua (Hoefstraat). Datzelfde gedeelte werd in 1931 echter bestemd voor de toen nieuwe parochie Loven. De parochie Hoefstraat kreeg de beschikking over een nieuwe begraafplaats aan de toenmalige Heikantsebaan (begraafplaats Gershwinstraat).
Interessante grafmonumenten zijn het dubbelgraf van het echtpaar Paulusse en het door Manus Evers ontworpen monument voor het vermoorde meisje Ria Pagie.
Begraafplaats parochie Broekhoven (Professor Lorentzstraat) – 1913
In 1913 werd een begraafplaats voor de parochie Broekhoven geopend, toen aan de Groenstraat gelegen, nu aan de Professor Lorentzstraat. De latere afsplitsingen van de parochie Broekhoven, de parochies Pius X, Broekhoven II en Fatima konden hun doden hier ook begraven.
Het typisch volkse karakter van de RK Begraafplaats Broekhoven blijkt uit de vele uitbundig versierde graven, met engeltjes, fotomedaillons, sierletters, tegeltjes met spreuken en andere funeraire parafernalia. Opmerkelijk is dat zich ín de Calvarieberg graven bevinden, en niet alleen van geestelijken.
Begraafplaats Vredehof en Algemene Begraafplaats Gemeente Tilburg – 1930
De algemene begraafplaats bevond zich van 1813 tot 1875 aan de Lange Schijfstraat (Noordhoekring). In 1875 verkocht de gemeente Tilburg de grond van deze begraafplaats aan de Hervormde Gemeente, die de plek tot 1930 gebruikte als protestantse begraafplaats. De algemene begraafplaats verhuisde daarop naar de toenmalige Oisterwijksebaan, rechts van de begraafplaats Sint Josephstraat, en bleef daar tot 1930.
De gemeente Tilburg kocht in 1929 grond aan de Gilzerbaan die moest gaan dienen als begraafplaats, ter vervanging van die aan de Oisterwijksebaan. Een deel van de grond werd gereserveerd voor de protestantse geloofsgemeenschappen in Tilburg.
In 1930 werden de twee begraafplaatsen aan de Gilzerbaan in gebruik genomen, een bijzondere en een openbare. De grond voor de bijzondere begraafplaats Vredehof werd geschonken door de familie Van den Bergh, de eigenaren van AaBe, aan de toenmalige Nederlands Hervormde Gemeente te Tilburg en Goirle.
De dodenakker kent een opmerkelijke diversiteit aan grafmonumenten. Centraal staat een opvallend monument, waarachter zich een gedenksteen bevindt met de namen van de leden van Colleges van Bestuur en Beheer (kerkenraad en notabelen). Rechts van Vredehof ligt de gemeentelijke begraafplaats waar met name geallieerden uit de Tweede Wereldoorlog rusten, met hierbij een centraal monument.
Sinds 1965, bij de opening van de begraafplaats Hoflaan, waren hier geen begravingen meer geweest, reden om in 2007 de 250 burgergraven te ruimen. Hieronder bevonden zich ook de loden kisten van twee slachtoffers van de pokkenepidemie uit 1951. Naast de graven van de geallieerden werd ook de rustplaats van vakbondsman Bart van Pelt gespaard.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden Duitse gesneuvelden op Vredehof, en geallieerden op Gilzerbaan begraven. In 1950 vroeg en kreeg de toenmalige Imperial War Graves Commission toestemming voor permanente aanleg van de graven van het Gemenebest. De benodigde grond werd door de gemeente ter beschikking gesteld. In 1954 zijn de Duitse doden overgebracht naar de Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn; ook van de geallieerden (m.n. Amerikaanse) is een deel elders herbegraven, o.a. op de Amerikaanse begraafplaats in Margraten.
Op 27 oktober 1944 werd Tilburg bevrijd van de bezetters. Dankzij de bevrijders zijn wij. Deze gebeurtenis moeten we altijd blijven herdenken. Daarom vindt op 27 oktober de herdenking en de viering van de bevrijding van Tilburg plaats. Zo ook op de begraafplaats aan de Gilzerbaan waar de oorlogsgraven liggen.
Begraafplaats Gershwinstraat – 1931
Met de parochie Groeseind kreeg de parochie Hoefstraat in 1931 een nieuwe begraafplaats aan de Heikantsebaan (Gershwinstraat). De dodenakker heet officieel begraafplaats Gershwin, parochie De Vlaspit. Het is een volkse begraafplaats met nagenoeg geen opvallende grafmonumenten. Van de Calvarieberg resteert slechts het basement, met hierin het graf van Johannes Antonius van Iersel (1869-1937), ‘oprichter en eerste pastoor der parochie van den H. Antonius aan de Hoefstraat’. Vlak erbij rust Michel H.J. Smits (1892-1962), pastoor en stichter van parochie Groeseind.
Centrale Begraafplaats West (Hoflaan) – 1965
In 1965 werd de nieuwe gemeentelijke begraafplaats Hoflaan in gebruik genomen. Deze grootste begraafplaats van Tilburg, ook Centrale Begraafplaats West genaamd, kent naast christelijke en algemene graven ook een islamitische afdeling. Het katholieke gedeelte werd op 15 mei 1965 ingezegend, op 9 september 1965 werd de eerste grafsteen geplaatst.
Het is een parkachtige dodenakker, die circa tien hectare groot is. In totaal liggen er bijna 12.000 mensen begraven. In 2003 werd hier een monument voor doodgeboren en vroeg overleden kinderen geplaatst.
Na de opening van de centrale begraafplaats aan de Hoflaan in 1965 hebben er op Gilzerbaan geen begravingen meer plaatsgevonden.
Crematorium Tilburg en omstreken – 1986
Nabij de begraafplaats ligt het in 1986 geopende Crematorium voor Tilburg en Omstreken, met de ingang aan de Karel Boddenweg. Eind 2003 werd het crematorium uitgebreid met onder meer een tweede aula en in 2014 een derde aula.
Islamitische begraafplaats Tilburg – 1988
In 1988 is er op de Centrale Begraafplaats West een apart gedeelte ingericht voor overledenen met een Islamitische achtergrond. Dit deel is destijds aangelegd is samenwerking met diverse Islamitische verenigingen uit Tilburg.
Op deze begraafplaats liggen nu ongeveer 400 Islamieten begraven, volwassenen, kinderen en doodgeboren kinderen.
Alle overleden die op het Islamitisch deel begraven zijn liggen volgens geloofsvoorschriften richting Mekka begraven.